Wat is Aikido?

De weg van de harmonie

Aikido is een krijgskunst waarin techniek, en niet kracht, centraal staat. Prachtige technieken die bijzonder effectief zijn, maar wel de nodige training vereisen.
Een gevorderde beoefenaar is in staat een tegenstander te laten voelen dat een gevecht zinloos is, zonder letsel toe te brengen. Een prima vaardigheid, maar niet het hoofddoel waarom wij deze krijgskunst beoefenen.
Naast gezonde beweging biedt Aikido vooral een stuk innerlijke rust en zelfvertrouwen.
Aikido kent trainingen, geen wedstrijden.

Ai: Harmonie

Er zijn 4 methoden om Aikido te beoefenen.
(Er zijn waarschijnlijk honderdduizend manieren om Aikido te beoefenen maar ik wil er 4 trachten te omschrijven.)
In volgorde van niveau, gevorderdheid, technische moeilijkheid, snelheid … onderscheiden we deze 4 vormen:

Ko-tai: (lett: “Vast lichaam” zoals in de fysica) wat ik wil omschrijven als de “Statische vorm”
Vast en precies, fysieke kracht wordt met overgave gebruikt. De bedoeling is de botten en de spieren van de beoefenaar te verstevigen.
Het komt er op neer de basis van het huis te verstevigen. Technieken bestuderen en beoefenen met precisie, zal natuurlijk de geest met een innerlijke kracht bevorderen.
De partner (ai-te) valt aan waarna de tori de techniek uitvoert.
Dit is de gebruikelijke aanleervorm die men snel achter zich moet kunnen laten.

Ju-tai: (Lett: “Vloeiend lichaam” zoals vloeistof) “Harmonieuze vorm”.
Bij het oefenen van ju-tai wordt van de ai-te niet verwacht, dat zijn houding fut- en doelloos is. Voor het goed beoefenen van ju-tai (met kracht en brutaliteit gegrepen worden), moet men zich vlot en soepel verplaatsen.
Men moet de ai-te er toe krijgen te doen, wat men van hem wenst.
De tori start de techniek nog voor de aanval is aangekomen.
Dit moet de natuurlijke gebruikelijke dojo vorm zijn.

Eki-tai: (Lett: Vloeibare vorm) “Dynamische vorm”.
Op dit niveau wordt Aikido ook een krijgskunst.
Aangezien de aanval de beste verdediging is gaat de tori als eerste fysieke inhoud geven aan de dreiging (die echter steeds van de ai-te uitgaat).
De techniek (de schijnaanval (tori) voorafgaand aan de techniek) wordt ingezet vóór de aanval (uke).
De uke is dan verplicht zijn agressie te kanaliseren naar plaats en het moment van de schijnaanval van de tori.
De tori heeft nu het tactische voordeel; een efficiënte techniek duurt nog slechts een fractie van een seconde.
Efficiënt, een tikkeltje agressief misschien, niet echt geschikt voor dagelijks gebruik in de dojo maar toch iets dat latent aanwezig moet zijn in elke beweging.

Ki-tai (Ryu-tai) (Lett: Ki: innerlijke kracht) “Innerlijke krachtmeting”.
De tori beantwoordt de dreiging door te duidelijk te maken dat een fysieke vertaling van de dreiging niet zinvol zal zijn, door gebruik van KI.
Zorg dat je er STAAT om de aanval te ontraden, en tevens dat je er niet meer bent als de aanval komt.

Ki: Innerlijke kracht

De betekenis van “Ki”
Ki is een Japans woord dat geschreven is met een Chinees karakter dus heeft het woord een Chinese en een Japanse betekenis die erg verschillend zijn en aanleiding geven tot veel verwarring.
In het Japans is de betekenis van Ki “ondefinieerbaar” en heeft Ki een tweede betekenis, (één diepe en één voor het dagelijks gebruik) wat omschreven kan worden als “gevoel” of “sentiment”, “emotie” of “ideeën die nog vaag en onuitgewerkt zijn”.
Het is daarom belangrijk om Ki zo te lezen; het is het proces van begrijpen, groeien naar begrip.
In het Oosterse scheppingsverhaal wordt verteld dat er in den beginne slechts chaos was (klinkt dat niet bekend ?).
Uit het stof en de chaos werden de zon de maan de aarde en de sterren geschapen.
Op aarde combineerden de elementen zich tot mineralen en dieren en planten.
De chaotische toestand vóór de schepping noemen we Ki. En dus… alles komt voort uit Ki.
Ki heeft geen begin of eind. Geen groei of krimp. Ki veranderde van vorm maar Ki is zelf nooit veranderd.
Het verbaast dan ook niet dat wij dat vertalen als “energie”

We zien rondom ons vele dingen gemaakt van Ki die – wanneer ze hun huidige vorm verliezen – terugkeren naar Ki.
Aikido is de vereniging met de kosmische kracht van de Ki
De mens is gecreëerd uit de kosmische Ki. Terwijl hij Ki heeft is er leven. Ontneem de Ki en hij sterft. Dus zolang het lichaam boordevol Ki zit is het energiek, moedig, dynamisch en krachtig, en wanneer het aan Ki ontbreekt, is het zwak, weemoedig en passief.
In Aikido leren we het lichaam met Ki vullen en dat krachtig te gebruiken.

Ki en ademhaling
Ki is dus ongedefinieerd, wat later zal duidelijk worden.
Voor de meeste mensen is ademhalen net zoiets; de meeste mensen zijn zich niet bewust van hun ademhaling. Soms wordt de ademhaling duidelijk verstoord zonder dat dat zelfs wordt opgemerkt dus is het Ki-oefening in het dagelijkse leven het begrijpen en voelen en controleren van je eigen ademhaling.
Begrijp en oefen de ademhaling van het middenrif. Dat is de beste oefening.
Dan kan je je ademhaling ook controleren.

Do: De Weg

Had ik zelfs maar een flauw vermoeden van wat er me te wachten stond toen ik startte met Aikido training? Helemaal niet!
Heb ik dan een idee van wat er nu komt? Misschien een hint.
Is het dan nodig om te weten wat er op je af komt wanneer je net het pad van de Japanse krijgskunsten inslaat? Niet echt.
Budo is een reis, niet een bestemming. Onmogelijk te vatten wat de betekenis van budo is tot we het einde van de weg hebben bereikt; en voor de meesten onder ons is dat waarschijnlijk het einde van onze dagen.
Krijgskunst is niet de vertaling van budo of bujutsu.
Elk van ons begint om eigen redenen, en we zoeken een discipline en een meester die invulling geeft aan de verwachting op dat moment. Sommigen zoeken een activiteit om te beoefenen met een vriend; anderen zoeken beweging; sommigen zoeken competitie; weer anderen willen zich leren verdedigen of zoeken een spirituele verdieping.
Gaandeweg evolueert de reden waarom we trainen en zelden biedt één meester of één discipline de diepte en breedte om de hele reis te omvatten
Hoevelen startten niet Aikido als zelfverdediging, en zijn gaandeweg gaan leren over de kunst en over zichzelf?
Het is vast een bonus dat we gaandeweg reflexen verzamelen die ons weerbaarder maken; maar leren vechten is niet meer het doel van de reis.
Aikido is niet makkelijk maar de volharding en de wil om frustraties te boven te komen en zich continu aan te passen en boven al het koppig volgen van een doel dat we waarschijnlijk nooit bereiken – dat zijn sterke kwaliteiten die we leren in het budo.
Budo wordt vertaald als “de Weg van de krijgskunst”. Disciplines die eindigen met –do zijn “moderne” disciplines met aandacht voor karaktervorming en spirituele ontwikkeling.
Bujutsu daarentegen is “Martiale technieken”. Disciplines die eindigen met –jutsu zijn “echte” vechtkunsten en ontwikkelen meer reële (sommigen zeggen zwakkere) budo.
Natuurlijk is dit slechts een zwakke westerse benadering (elke analyse – want dat is waar westers denken zich op baseert – faalt om Oosterse begrippen te vatten).
Enkel de ordediensten en strijdkrachten zouden dan kunnen jutsu beoefenen want de rest – hoezeer we dat ook kunnen nastreven – beoefenen de “weg” aangezien we niet de kans krijgen om de technieken te beoefenen tegen een geharnaste molenwiekende zwaardvechter of lansier uit ons dagelijkse leven. (stel je voor).
Kijk naar uw hand; je ziet de rug of de palm maar er is geen handpalm zonder rug.
Wat is het tegenovergestelde van een berg? Een vallei toch?
Maar er is geen vallei zonder berg, geen Jin zonder Jang geen -do zonder –jutsu.
Jutsu is de poort waarlangs we de weg beginnen.
Werk aan de technieken en je bent al onderweg.
Als je de spirituele weg zoekt en het jutsu verzaakt verliezen de bewegingen hun inherente waarde en vervalt de weg in een choreografie.
Hetzelfde geldt onverkort voor de technische focus zonder oog voor het kader.
De kern van elke krijgskunst is eenvoudigweg de training, week na week, jaar na jaar.
In de kern ontkiemt haast onmerkbaar het inzicht dat rustig openbloeit in meer begrip.

Aite-partner

In Aikido spreekt men van Uke of Aite om de partner te benoemen. Ai-te (相 手)betekent letterlijk “andere hand”.
De Tori en Aite zijn geen tegenpolen, als yin & yang vormen ze samen het geheel, beiden zijn tegelijk leraar en leerling.
De nomenclatuur is niet belangrijk zolang je vasthoudt aan het concept “partner” i.p.v. “tegenstander”.
We bouwen samen aan de weg. Aikido is een krijgskunst die u helpt uw lichaam en geest op te bouwen; niet af te breken.
“ Aite is als je grote broer je kan ermee trainen maar bij de eerste domme stoot krijg je een klets rond je oren ”
Aikido en zijn spirituele basis
Aikido is internationaal erkend als moderne krijgskunst met de reputatie van een unieke, ethische zelfverdediging. De spirituele achtergrond van Aikido ligt in de Omoto godsdienst.
De Omoto godsdienst was een van de meest significante nieuwe godsdiensten in Japan in het begin van vorige eeuw.
Op het zijn hoogtepunt telde de sekte 2 miljoen leden (voordat het door de heersende militaire macht werd onderdrukt)
Terwijl Aikido en Omoto normaal niet worden geassocieerd bestaat er ontegensprekelijk een persoonlijke band tussen de beide leiders; Morihei Ueshiba en Onisaburo Degushi.
Morihei Ueshiba was een devote volgeling van Onisaburoen een trouw lid van de Omoto sekte. Onisaburo – een prominente man in het Japanse leven in de eerste helft van de 20ste eeuw – was Morihei’s spirituele mentor. Zijn begeleiding en ondersteuning zijn belangrijk in de latere ontwikkeling van Aikido.
De karakters van beide Titanen zijn een studie van tegenpolen. Het is ook fascinerend om te zien hoe Aikido een globale verspreiding kent terwijl Omoto zijn vooroorlogse dynamiek heeft verloren.

Omoto

De Omoto religie draait om twee spilfiguren; Nao Deguchi (1837-1918) en Onisaburo Deguchi (1871-1948).
Nao Deguchi leidde een pover en tragisch leven met het vroegtijdige verlies van haar echtgenoot en verscheidene van haar kinderen. Ze was een Konkokyo volgeling die de godheid Konjin vereren. Op 56 jarige leeftijd (in 1896) valt Nao, gedreven door wanhoop, in een twee weken durende trance bezeten door een goede geest die – zo werd verteld – ouder, sterker en groter dan al de andere goden is.
Hoewel ongeletterd, schreef Nao wat de geest dicteerde neer in een soort fonetisch Japans dat ze zelf niet eens kon lezen.
Nao’s schrift bleek te bulken van de onthullingen over de spirituele wereld en bevatte een ononderbroken stroom sociale kritiek.
De mensheid wordt aangezet het roer om te gooien in nieuwe structuren van sociale rechtvaardigheid. Haar visie, gebaseerd op een god die alle mensen als gelijke aanschouwde, was in conflict met de staats-shinto die de keizer en de keizerlijke familie als centrum van de verering en goddelijke afkomst beschouwden.
Nao had al wat locale volgelingen in en rond Kyoto in 1898 toen ook Kisaburo Uedaop de scène verschijnt. Onisaburo Deguchi – zo noemt hij voortaan had zelf eerder in trance-ervaringen gezien dat een spirituele taak als redder van de mensheid hem was toebedeeld. Onisaburo was bijzonder intelligent, welbespraakt en flamboyant.
Onisaburo huwde Nao’s dochter Sumiko in 1900 en beiden verenigden zich in de verspreiding van hun geloof. Bij de dood van Nao in 1918 hadden ze een machtig netwerk uitgebouwd.
Het succes van de Omoto beweging werd ook de ondergang. De Omoto sekte wordt door de politie onderdrukt in de zogenaamde “Omoto-incidenten” in 1921 en 1935.
In 1942 werd Onisaburo in ere hersteld maar zijn gezondheid heeft erg onder de gevangenneming geleden. Zonder zijn charisma herstelt de beweging niet.
Na zijn overlijden versplintert de sekte.
Morihei Ueshiba en Onisaburo Deguchi.
In december 1919 krijgt Morihei bericht spoedig naar Tanabe terug te keren omwille van de kritieke toestand in dewelke zijn vader verkeert.
Op de trein door Kansai raakt Morihei verwikkeld in een conversatie met een enthousiaste Omoto volgeling. De man spreekt vol lof over de charismatische leider Onisaburo. De emotioneel afgeleide Morihei beslist prompt langs Ayabe om te rijden en blijft er ongeveer een week. Terwijl hij bidt voor zijn vader’s herstel valt hij voor de charismatische Onisaburo.
Bij Morihei’s aankomst in Tanabe blijkt zijn vader al overleden en in een poging zijn spirituele balans te herwinnen besluit Morihei met zijn familie te verhuizen naar Ayabe in de lente van 1920.
Snel erkende Onisaburo Morihei’s kwaliteiten en zijn aanleg voor krijgskunst. Morihei werd opgenomen in de “inner circle” en na enkele maanden overtuigde Onisaburo hem het Daito-ryu aikijujutsu van Sokaku Takeda te onderwijzen aan een select groepje Omoto volgelingen. Morihei opent een kleine Dojo “Ueshiba Juku” genaamd.
Als een van Onisaburo’s trouwste volgelingen en met de reputatie van zijn krijgskunst werd Morihei geïntroduceerd bij vele prominente figuren die de Omoto beweging genegen waren. Op dit moment in 1920 was Onisaburo’s ster rijzend en velen bezochten Ayabe.
Morihei’s aanzien en de contacten met hogere militairen die hij instrueerde versterkten zijn positie in de sekte, versterkte het aanzien van de sekte en creëerde een netwerk dat later cruciaal zal zijn voor zijn succes.
Morihei’s initiële hang naar de sekte voor spiritueel evenwicht valt samen met meer tragische gebeurtenissen.
Op 2 jaar tijd verliest hij vader, moeder en twee erg jonge zoons.
In 1924 wordt Morihei gekozen om met Onisaburo een delicate en geheime missie te ondernemen in Mongolië.
Aangezien Onisaburo op borgtocht was vrijgelaten na het eerste Omoto-incident riskeert hij gevangenneming door Japan te verlaten. De Mongoolse regio was een kruitvat van Chinese, Japanse en Russische intriges. Onisaburo wilde er een nieuwe onafhankelijke staat oprichten.
Onisaburo en zijn missie worden gearresteerd door locale militairen en ter dood veroordeeld. Slechts door tussenkomst van het Japanse consulaat wordt de executie op het laatste moment verijdeld.
Dit schept een band tussen Onisaburo en Morihei die nooit meer verdwijnt.
Wanneer Ueshiba, met de steun van Onisaburo, in Tokyo een nieuwe loopbaan als instructeur begint ontmoet hij admiraal Isamu Takeshita – een krijgskunstfanaticus.
Ueshiba opent een succesvolle privé dojo in 1931 en opnieuw geeft Onisaburo de steun door de creatie van Budo Senyokai – een krijgskunstschool met afdelingen in elk Omoto filiaal.
Morihei’s band met de organisatie wordt plots opgeheven wanneer de autoriteiten een ochtendlijke inval bevelen tegen de sekte in 1935. Onisaburo, z’n vrouw Sumiko en vele Omoto leiders worden opgepakt, berecht, veroordeeld en opgesloten.
Morihei, die zelf voor arrestatie was opgegeven ontsnapt dit lot door toedoen van enkel hooggeplaatste politieofficieren in Kyoto – volgelingen van zijn school.
Het Budo Senyokai netwerk wordt ontbonden en Morihei wordt het verboden zich nog openlijk met Omoto te associëren en krijgt verbod Onisaburo op te zoeken.
Sekteleiders beschuldigden Morihei van verraad omdat hij, als een van de sleutelfiguren van de sekte toch buiten schot blijft.
Morihei neemt na de oorlog gaandeweg terug contact op met zijn Omoto vrienden en kennissen. In 1969, na zijn dood worden enkele haarlokken in het familiegraf in Ayabe bijgezet als getuigenis van Morihei’s overtuiging.
Aikido en Omoto verwant maar verschillend.
Onisaburo sprak groots over sociale hervorming en gelijkheid van mensen wat hem in een gevecht met de heersende klasse verwikkelde.
Het ging ten koste van de beweging en ook Onisaburo zelf betaalde de ultieme prijs maar de geschiedenis geeft hem gelijk.
Morihei’s Aikido beleeft zijn bloei pas later en hoewel Onisaburo eenzelfde morele en spirituele visie hanteert is Morihei’s implementatie er een van harmonie.
Het is de harmonieuze aard van Aikido zelf die de basis is van de wereldwijde verspreiding en succes. De apolitieke aanpak en de hoge morele standaard waarborgt een wijde acceptatie in elke maatschappij in elke cultuur.